Ontgronden

Toepasselijke regelgeving
Ontgrondingenwet, provinciale verordening

Toepasselijke vergunning/melding
Of een vergunning nodig is, kan per provincie verschillen. In de provinciale verordening kunnen bepaalde ontgrondingen zijn vrijgesteld van de vergunningplicht maar moeten deze wel gemeld worden. Aan de vrijstelling kunnen tevens voorwaarden zijn verbonden. Vaak zijn ontgrondingen die passen in het geldende bestemmingsplan en niet dieper gaan dan 3 meter beneden het oorspronkelijke maaiveld vrijgesteld van deze vergunningplicht. De meeste bodemsaneringen voldoen aan deze omschrijving zodat niet snel een ontgrondingsvergunning nodig zal zijn.

Bevoegd gezag
Provincie (rijkswater: Minister Infrastructuur & Milieu)

Opmerkingen
-
Onder ontgronden wordt het volgende verstaan: iedere activiteit, die - hoe klein ook - een (tijdelijke) verlaging van het maaiveld, of een waterbodem tot gevolg heeft. Voorbeelden zijn: winning van grond, tijdelijk verplaatsen (kuil graven en weer dichtgooien), egaliseren. Het maakt niet uit of de grond van de ontgronder zelf is of van een ander.
- Indien een ontgrondingenvergunning nodig is, wordt ook gekeken naar eventuele archeologische belangen. In de regel is archeologisch onderzoek dan verplicht.
- De ontgrondingenvergunning maakt geen onderdeel uit van de omgevingsvergunning en moet dus apart worden aangevraagd.